Zetmeel is in de vorm van korrels in de celkern van aardappels, graan en andere peulvruchten opgeslagen. Bij het schillen worden de zetmeelkorrels (cellen) opengereten en wordt het zetmeel door het water eruit gewassen. Consumptieaardappels hebben een zetmeelgehalte van ca. 20 - 30%. Het ontstane afvalwater heeft dan afhankelijk van de verwerkingstechniek een zetmeelgehalte van ca. 2 tot 5%. Dit leidt door afzetting in korte tijd tot verhardingen en verstopping in de afvalwaterleidingen.
De DIN 1986 schrijft voor zetmeelhoudend afvalwater verplicht de inbouw van een zetmeelafscheider voor. Tot de belangrijkste sectoren van gebruik behoren bedrijfskeukens:
- in hotels
- chips- en frietfabrikanten
- en ook kroketfabrikanten en conservenfabrieken
De zetmeelafscheiders worden zowel voor inbouw in de grond alsmede voor vrije opstelling met verschillende ledigingsinrichtingen aangeboden.